VRIJE SCHOOL: ONDERWIJS GEVEN VANUIT JE HART

14/02/2023

De Vrij School heeft een heel eigen onderwijsvisie. Hoe komt dit tot uiting? Wat betekent dit voor het interieur van een school en het gebruik van materiaal? Daniëlla Wiebenga, kleuterleerkracht van de Vrije School Amersfoort: “We willen dat kinderen lesstof op een levendige manier ervaren. Werken op de Vrije School is onderwijs geven vanuit je hart.”

Visie Vrije School

De visie van de Vrije School is gebaseerd op de antroposofie; de ontwikkeling van een mens als geheel: hoofd, hart en handen. De gelijkwaardige ontwikkeling van deze drie is het uitgangspunt van het onderwijsconcept. Daniëlla: “We kijken naar cognitieve, sociaal emotionele en fysieke ontwikkeling. Bij kinderen tot 7 jaar ligt de nadruk op de wilsontwikkeling, van 7 tot 14 jaar ligt de nadruk op gevoelsontwikkeling en van 14 tot 21 jaar op het denken.”

Het leerstofjaarklassensysteem is gebaseerd op die ontwikkelingsfasen. Daniëlla: “Lesinhoud en materiaal in het reguliere onderwijs is veel gericht op cognitieve ontwikkeling. Je ziet dan voorgevormd ontwikkelmateriaal, gemaakt met een cognitief doel. Op de Vrije School spelen creativiteit, kunstzinnigheid, natuur en beweging ook een belangrijke rol. Kinderen leren lezen en rekenen, maar ook euritmie, schilderen, zingen, toneelspelen, tuinieren en vreemde talen.”

Zintuigen

“Jonge kinderen moeten thuis raken in hun lijf. Dat doen zij door middel van de tastzin, evenwichtszin, bewegingszin en levenszin. Ik kijk bijvoorbeeld hoe ik die levenszin kan voeden, waar een kind blij van wordt. We spelen zeker een uur per dag buiten met de kleuters. Spelen is de basis van ons onderwijs. Zo leren kinderen zichzelf en de wereld ontdekken.”

Voorleven

“We bieden lessen aan op een levendige manier. Ik moet mij de lesstof eerst eigen maken, zodat ik kan voorleven en voordoen. Kleuters maken zich nieuwe stof eigen door nabootsing. Is het bijvoorbeeld oogsttijd, dan maak ik appelmoes of bak ik brood in de klas. We praten over de boer, het graan, de molen en brood. Dat is direct een rekenles. Liedjes en spelletjes ondersteunen de lesstof.”

Leven met de seizoenen

“De seizoenen spelen een belangrijke rol. In de zomer zijn we meer op buiten gericht, in de winter meer op binnen. Vanaf Sint Maarten trekt de natuur zich terug, dat doen wij ook. De seizoenen en het vieren van de feesten geeft ritme aan een jaar. De jaarfeesten zijn belangrijke ijkpunten in het jaar. We hebben een seizoenstafel in de klas. We halen de natuur naar binnen, de kinderen zien de afspiegeling van de natuur op deze tafel. Vanuit verwondering en met eerbied en respect proberen wij de kinderen de waarden van de natuur te laten ervaren.”

Het interieur

In het interieur van de Vrije School staat harmonie centraal; organische vormen en natuurlijke materialen. “Alle indrukken laten een afdruk achter op jou als mens. Zijn die indrukken harmonisch, dan is het voedend. Een voorbeeld: ga je eten en zet je even snel wat op tafel of dek je de tafel met veel zorg? Dat geeft een andere indruk, de aandacht die je hieraan besteedt, brengt respect en eerbied teweeg.”

Hoe vertaal je deze visie naar interieur?

  • Meubels zijn bij voorkeur van hout en gemaakt in harmonie met de boom waarvan het meubel gemaakt is. De nadruk ligt op duurzaamheid, zuivere materialen en harmonieuze vormgeving. “Dit is het streven. Het lukt niet altijd om op die manier te werken want het is erg kostbaar.”
  • In de kleutergroepen staan grote tafels die tegen elkaar aangezet kunnen worden. Zo kan er in kleine groepjes, maar ook klassikaal gewerkt worden. “Meestal met 2 hoekige tafels op de kop zijn kanten, zodat er een soort ovaal ontstaat. De tafels staan goed in de lak, want ze krijgen veel te verduren.”
  • Een buffetkast in het lokaal? Dat is hier heel gewoon. “Het geeft een huiselijke sfeer.”
  • De seizoenstafel heeft een prominente plek in de ruimte. De achterkant heeft in mijn klas een ronde vorm. “We werken met flanelle lappen in een passende kleur bij het seizoen, bijvoorbeeld licht blauw voor de zomer, donkerder voor de winter.”
  • Spelmateriaal is voor een groot deel gemaakt van natuurlijke materialen. “We hebben bijvoorbeeld houten rekjes met lappen en knijpers, waar je van alles van kunt maken. Daarnaast hebben we veel houten blokken en kisten om mee te spelen. Elke klas heeft een huisje, waar winkeltje of het gezinsleven nagespeeld kan worden. Ook hier is het meeste speelgoed gemaakt van zuivere materialen. Het servies is van steen, pannen van emaillen, de dekentjes van wol of katoen.”
  • Voor alle kunstwerken is exporuimte belangrijk. Hiervoor worden veelal de gangen gebruikt. Daniëlla gebruikt expositiedraad met knijpertjes en een prikbord met een houten rand.
  • Over kleur is goed nagedacht. “Elke leeftijdsfase heeft zijn eigen kleur. In de kleutergroepen zie je veel warme kleuren.”

Over Daniëlla

Daniëlla is leerkracht op de Vrije School Amersfoort. Als scholier zat zij op de Vrije School bovenbouw in Groningen. Daarna studeerde ze aan de PABO De Eekhorst in Assen, gespecialiseerd in het Jonge kind en Jenaplanonderwijs. Na 5 jaar in het Jenaplanonderwijs gewerkt te hebben, stapte ze over naar de kinderopvang geïnspireerd door de antroposofie en van daaruit naar de Vrij School Amersfoort. “Voor mij betekent het werken op de Vrije School dat ik onderwijs kan geven vanuit mijn hart en intuïtie. Daar word ik blij van.”

Over de Vrije School

Rudolf Steiner, een Oosterrijke filosoof, ontwikkelde een pedagogiek die de grondslag is voor de Vrije Scholen. Veel mensen denken dat de naam vrije school duidt op ‘vrij onderwijs’, waarbij leerlingen een vrije keuze in lesstof of een vrij dagprogramma hebben. Maar het ‘vrij’ betekent dat het onderwijs zich zonder beïnvloeding door de overheid kan ontwikkelen: de eerste vrije scholen werden opgericht zonder staatssteun. Tegenwoordig leggen de vrije scholen verantwoording af aan de Inspectie van het Onderwijs.

‘Vrije’ verwijst daarnaast naar het doel om kinderen te stimuleren zich te ontwikkelen tot vrije mensen die kritisch zijn en die bewust en zelfstandig keuzes kunnen maken voor zichzelf en de wereld. Steiner ging uit van de ontwikkeling van de gehele mens en was voorstander van holistisch onderwijs, gebaseerd op levensfasen. Het is voor jonge kinderen belangrijk om in een meer beschermde omgeving op te groeien, waarin de ontwikkeling van hoofd, hart en handen aandacht kan krijgen. Muziek, beweging, handenarbeid, schilderen en toneel spelen hierin een belangrijke rol.

Meer over onderwijsvernieuwing

Deze blog maakt onderdeel uit van een serie over onderwijsvernieuwing. Telkens kijken we wat een onderwijsvorm betekent voor het interieur van een school en het gebruik van materiaal. Benieuwd hoe wij visie vertalen naar inrichting? Kijk eens bij onze projecten in het onderwijs.

*Bordtekening: Kris Kempers